Je moet zien wat er gebeurt'Water water water water water water', zei mevrouw Breedzalf alsmaar en niet eens snel.
'Water water...'. 'VUUR!', riep ze ineens. Meneer Breedzalf schoot omhoog vanachter zijn krant. Hij viel bijna tegen de lamp! Er was geen weg terug. |
Dat was het haar van Annekélà Huur'Onhandelbaar', zei ze.
'Gewoon weerbarstig. Het zit weerbarstig. Het is het weer'. 's Avonds, terug naar huis, toen het zacht begon te regenen, begon Annekélà's haar te hangen. Eenmaal thuis zat het weer, gelukkig, krullend. |
Een dag naar het bosInmiddels was het droog.
'Iemand nog snoep?' vroeg Moeder. Ze hield haar tas omhoog. De oude, wijze man zei: 'De wereld is van de wereld en niet van jou'. Albert-Jan mocht de papiertjes verzamelen. Een voor een deed hij ze in de hoed van de oude, wijze man. |
Een eend, een pater en iedereenEen eend vloog een pater aan.
Hij had haar niet gezien. 'Kijk toch uit je doppen!', schreeuwde hij. Maar iedereen keek omhoog. |
Een klein meisje en een dans van plezier'Ik vind me te klein!'Er was een meisje in een rood jurkje naar me toe komen lopen.
Haar ogen vroegen mij als het ware de weg. 'Ik vind me te klein', riep ze nog eens. 'Kom', zei ik en ik spreidde mijn armen, 'spring! Laten we samen een dans gaan leren!' En ze sprong in mijn armen. |
Niet Weten'En als je wakker wordt, zeg je: Oh, dat was gewoon een droom over passie. Dit is het echte werk.'
'Hoe weet je dat? En waar heb je je passie dan gelaten?' Joke zuchtte. Ze kon zich nog maar net bedwingen om alles nog een keer in het Engels te zeggen. |
Rond een boomJoffe floot
een gat in een blad. De hond van Doré blafte een tak uit een boom. Joffe zuchtte licht. Doré zuchtte licht. En ze aaiden samen de hond - nog langer dan gewoon - beide, met hun ogen dicht. |
Geloven in je eigenheid en het ruilen van de ijdelheidKleine Arend en Knappe Wolf waren de dikste vrienden. Had de een een indianentooi, dan zag je de ander met een zwaard.
Of wanneer Kleine Arend een zakdoek met knopen droeg, dan had Knappe Wolf ineens een gevouwen krant op zijn hoofd. De volgende dag ruilden ze hun hoofdtooi, hun vriendschap of elkaar. Zo bleven ze de dikste vrienden, altijd! |
Verjaardag in het bos'We bedenken later wel iets', opperde oom Haader.
Even werd het stil. Teunke geeuwde. Dat was groen licht voor Adelien. Ze zette de pad op tafel. |
Het sturen van dingen die verrassenBrigitta stuurde ansichtkaarten naar mensen die ze niet kende. Soms een brief. Of bloemen.
|
Praten en luisteren'Kunnen wij praten' stond er op een briefje. Aan de achterkant stond een boodschappenlijstje.
|
Dienke's nieuwe hobbyDe kinderen sliepen de nacht door,
het kasteel zag er prachtig uit, je kon ze voor de ramen hangen naast de gordijnen. |
Vertrouwen lezen in de lijnen van je eigen handenWe straalden. We konden de hele dag wel stralen, zonder iets te zeggen over elkaar, of over anderen.
|
Lief dagboek, las ikVandaag zat ik achter een open raam.
Ik keek wat. Moeder bracht wat oude koek. Ik staarde naar de neuzen van mijn oude kinderschoenen. Toen deed ik een vogel na en floot ik een poosje naar de bloemen in de familietuin. |
Familie kerstvoorbereidingen bij de Deurniet'sHet leek al bijna kerst bij de familie Deurniet.
Wie stiekem naar binnen keek in hun stal zag soms bijna iets. Wat waren ze druk bij de Deurniet's: Kaarsen in kandelaren, sterren met lichtblauw licht, wensen voor kaarten, pruiken op engelen... noem maar op. Zelfs Abraham, de allerjongste, maar zeker niet de minste, deed soms of hij al net geboren was. |
RichtingsloosVrijheid bleek reizen en ontdekken
te zijn. Nu waren we in staat om te voelen waar we waren. En de hemel? We zaten in een gele ballon. De aarde onder ons gelaten. |
Vriendschap, brieven en foto's / #1Konden wij maar vrienden worden', zuchtte Doede Druppeldeken.
'Ja vrienden, in een echte vriendschap dat is het mooiste dat er is', zuchtte Fidel Appelblad ook. Ze gingen in het gras liggen en keken naar de lucht. *1/3 |
Vriendschap, brieven en foto's / #2Ineens sprong Doede op: 'Laten we brieven schrijven!', riep hij.
'Of foto's maken!', juichte Fidel. Hun armen gingen op hetzelfde moment de lucht in. *2/3 |
Vriendschap, brieven en foto's / #3En zo begon hun vriendschap. En wanneer je Doede Druppeldeken en Fidel Appelblad samen ziet, met schrijven of schieten - of beide, dan je weet dat ze beste vrienden zijn geworden.
*3/3 |
Clara Krachthek at mosselenIedereen straalde. De hele familie Ruiter, de heer en mevrouw Weegbree, Ada Stuiterweer en haar nieuwe vriend Berre Droogkruis. Ja, die ook.
Oja en de familie Meethok en kijk: zelfs Ap Duikplas, die normaal niet zo snel opstaat, die straalde ook. Van top tot teen zelfs. Wacht, kijk, wie was dat nou? Clara Krachthek? Klopt. Die staalde niet. Waarom niet? Ze at mosselen, het hele pannetje. En wel zo stil, dat ze vanbinnen genoot. |
Hoe Megge de maan werdMegge deed de maan na. Ze draaide en ze draaide. Voluit. Rondhom. Halfom.
Megge deed de maan voor - en achter zich en als ze zuchtte, zuchtte de maan mee. Megge deed de maan onder, aan haar beide voeten. Op vlotte zigeunermuziek, zo danste Megge van de Maan, zo danste zij de hele nacht. |
Als je geluk had, kreeg je een pot jamWie liep daar langs? Het keek Helga Uihof wel, Ja? Nee, want het was Loge Lokman, haar vriendin, die maakte graag zelf jam. Heerlijk, met echte vruchten, zoals rozenbottels. 'Hallo Loge!', riepen wij dan. 'Heb je nog huisgemaakte jam toevallig?'. Jazeker, als je een handstand deed, een koprol maakte, of een jodellied zong op een omgekeerde emmer.
|
Anders gezegdWij spraken mooie woorden
op papier tot elkaar, maar hoe zag de werkelijkheid eruit? Wij keken onze ogen uit. |
Een gave als geschenkIn de ochtend begon ze weer creatief te zijn met woorden als Brein,
Briljant en Boeddha. Wij geloofden haar. Ze had immers een gave. |
Ik zag haar ogen en haar lippen'Wil je een chocolaatje, jongetje', vroeg ze met een glimlach. 'Of misschien twee?'. 'Drie?'.
Ik knikte voorzichtig. Ik keek om me heen. 'Waar kon Grietje zijn?' Pas later realiseerde ik me, dat haar ogen niet van glas waren, maar haar bril en dat ze bessen droeg op haar lippen. 'Dit moet ik goed onthouden', dacht ik nog op dat moment. Ik was het bijna vergeten. |
Was ik de enige die klapteJe kunt je afvragen waarom ik niet zwaaide. Goed, dit is hoe het gebeurde. Iedereen telde de vingers van beide handen met één vinger.
Om negen uur raakten ze de tel kwijt en zwaaiden ze met hun handen en vingers naar zichzelf en naar elkaar. Wel een prachtig uitzicht trouwens, maar dat was een ander verhaal. Het enige dat ik kon bedenken op dat moment was klappen. Is dat niet vreemd? Klappen? Maar ik heb het gedaan, klappen. Echt. Ik klapte in mijn handen en op mijn knieën. En dat terwijl iedereen nog zwaaide. |
Zo kwam mijn naam in zijn hoedHet aardmanmannetje hing zijn hoed aan een kale tak, sprong over het vuur en zong: 'Morgen, morgen, morgen ga ik naar het huis van de koning en niemand kent mijn naam, ik heet wat ik vergeet...'.
En zo kwam mijn naam in zijn hoed. |
Mathilde zweegMathilde staarde in een lege vaas. Waarom? Ze wilde dansen. Dolgraag. Ze zou pas weer gaan spreken tot ze van juffrouw Gaap toestemming kreeg. 'Eerst schapen tellen', had die gezegd. 'Dan je melk en dan zullen we wel verder zien'.
|
Geuren van wilde gans en bosviolen / no. 1Moos Graskar rook door een raam.
Kijk, Titia Bakstro passeerde net. Ze had zojuist een wilde gans gekocht die niet wilde deugen.'Ruik je mij?', riep Moos,'Ik ben het hoor, heus, Moos! Even twijfelde hij of Titia het wel of niet was of dat het Geurke Grachtvlinder was, een evenbeeld van Titia. *1/2 |
Geuren van wilde gans en bosviolen / no. 2'Ruik je mij?', riep hij nog een keer.
Ja het was Titia. Ze keek, maar herkende Moos niet onmiddellijk. (Was dit niet een vriend van een vriend met een eigenzinnige geur?). Later die middag dronken ze thee met een specifieke geur van bosvioolbladeren die Geurke in de herfst nog had geoogst. *2/2 |
Een nieuwe dierenvriendin voor meneer LandkindMeneer Landkind wilde vandaag schaken. Alles stond al klaar. Maar zijn nieuwe dierenvriendin wilde perse zijn koningin zijn, samen met wat bijen op een balkonrand op de uitkijk zitten.
|
Meneer Much staarde uit het raam, hij maakte poezieWe leunden aan de tafel.
Buiten scheen de maan. Een stoel boog. |
Mevrouw Klos weet het beter'Hans Hans!', riep Grietje.
Maar Hans hoorde Grietje helemaal niet roepen. Nog eens dan: 'Hans?!'. Waar zat die Hans toch met zijn gedachten en zijn goede humeur? Nou, Hans stond bij het tuinhuisje van de oude mevrouw Klos. Daar rook het naar snoep en avontuur. |
Optocht in de grot stadSieger had vandaag een topdag. Hij had een mug gevangen, een olifant gezien en de handen van prins Fritz gekust. Wat wilde hij nog meer?
Bloemen, soms? |
Ontmoetingen met het kind van morgenMet Berry kon je praten - en spelen.
'Ken jij je innerlijke Kind al?', vroeg hij soms terloops. En als je dan je hoofd schudde, dan gaf hij je een nieuwe naam. 'Voor je Kind!', zei hij er bij. En met drie tikjes erbij op je schouder wist je bijna altijd gelijk dat het goed zat. |
Herscheppen wat wij geloofden dat zij hadden verloren'Terug naar je werk, nu!', riep tante Ruurtje. 'Hop hop hop!' en ze klapte in haar handen.
Moeder stond achter haar soep te koken. Vader las de krant, ondersteboven, aan de keukentafel. Het was elke dag hetzelfde liedje. En wij maar werken! Maar zo we leerden wel elkaars namen en geboortedata uit onze hoofden kennen. |
Terug naar de Batcave!Zijn naam was niet Jason.
'Mijn naam is Robin', zei hij. 'Niet Jason Todd! En zelfs geen Robin Hood. Maar gewoon Robin. Kan ik vanmiddag je auto lenen?' Batman krabde aan zijn linkeroor. Hij had andere dingen aan zijn hoofd. En trouwens waar was Bruce? |
In de gaten lopen voor je levenZodra Gerben stopte met klagen over zijn pijnlijke wandelvoeten, was de feitelijke ervaring van zijn voeten niet pijnlijk meer. Hij ervoer gewoon hout, modder, hoop, de geur van een bijzondere bloem waar zijn moeder zo van hield - en ergens ook een gevoel van opluchting en ruimte in het zwarte gat in zijn buik. En tenslotte zag hij zijn jongere zelf terug. Wat een dag, wat een geluk!
|
Zoeken, vinden en familiezaken'Ik zoek mijn zakdoek en mijn zakdoek zoekt mij', had Eefje gezegd.
Haar jongste zusje vond hem als eerste. Maar daar wilde Eefje gelijk niets van weten. Inmiddels zoekt nu iedereen in de familie iets anders. |
Terug, ik moest terugOpeens waren er zo veel antwoorden, dat ik moest nadenken over een vraag die ik nog niet wist uit mijn persoonlijke geschiedenis.
|
Thee- was de vraagMeneer Pit kuchte.
Juffrouw Friturius keek naar het plafond. Eerder hadden ze hun hobby's al uitgewisseld. Nog best lang. Boeiende gesprekken hadden ze. Er was nog even gelachen en op een gegeven moment moest Meneer Pit nog bijna huilen. 'Thee?', had juffrouw Friturius toen voorgesteld. Misschien was het ook een antwoord. |
De krantenman'Ik wil met mijn gezicht in de krant'. De man sprak zacht, hij sloot zijn ogen en deed een glimlach op zijn lippen.
We geloofden hem, want we waren nog jong en keken hem aan. Na meer dan twintig minuten verdween hij in het bos en waren wij gezegend met een welverdiend, nieuw sprookje. |
Er was geen pad, uiteindelijkPotverdrie! Daarom was het des te belangrijker dat Wannie dit pad gebaand had. Nu konden Dop, Gulleke, Heppe en de anderen uit Flifagonder het met hun eigen ogen ervaren. Nu konden ze vrij zijn om hun doelen en spullen aan de kant te leggen, eindelijk.
|
De viool van mevouw Gruis en de trompet van meneer HielekrukMevrouw Gruis en meneer Hielekruik ruilden hun muziekinstrument voor één jaar. Het gerucht ging dat alle kinderen in hun buurt toen hetzelfde hadden gedaan. Sindsdien hoor je overal muziek in Rhuiks.
|
De weg naar stilte van Brechtje SchoonWeet u de weg naar de stilte? Anders?', vroeg de vrouw. Haar adem was hoog, haar stem klonk laag.
'Ik weet wat stilte is', zei Brechtje Schoon zonder met haar ogen te knipperen. Ze deed haar handen omhoog. Wij wisten gelijk dat ze loog. Maar even later werd het toch echt stil en kon je een speld horen vallen. |
Ze droegen een paradijs in zichIn die tijd was Adam een entiteit, die reageerde, antwoordde en zich gedroeg als een geheel, dus niet eerst dit deel en dan weer dat.
Dat, dat gebeurde pas later toen Eva een appel vond. Dat het een verboden vrucht was, wisten ze toen nog niet. Hoe dan ook, ze hadden het boek gelukkig. |
Spiegelingen in een emmer zonder bodemOm te zien wat het betekent het nu te zien zoals het is. Als water. Maar om in het nu te zijn zoals het bedoeld is, zouden we de emmer moeten zien zonder bodem.
|
We spraken nietWe spraken niet en bewogen alleen met de wind mee. Dat was alles.
'Alles?', vroeg Vinto Ladle, want hij wilde nog zoveel: koken, goochelen, schilderen, genieten van het uitzicht op zijn balkon en figuren in wolken onderscheiden. Dat soort dingen. Maar ja, het was echt alles op dat moment. |
We moeten onderzoeken waarom, waar we zijn en wie we liefhebbenMeneer Ruig had een viool.
Mevrouw Sterkebocht had een harp. 'Ruilen?', had mevrouw Sterkebocht geopperd. Meneer Ruig had gelijk blij gekeken. En luister nu eens?! Inmiddels spelen ze beroemde werken van oude componisten samen. |
Maar Alice...!?'Ik wil de bloemen in uw haar zijn.
U draagt mij en ik bloei de mooiste bloemen voor u naar de hemel'. Toen Konijn was uitgesproken bleef het even stil. Hert wilde nu niets liever dan opnieuw in contact komen met zijn innerlijke wilde Zwijn dat ergens diep in haar huisde. En dan samen zwijgen, gewoon lang zwijgen. |
Pas op, pas op!'Pas op!', riep Driek. 'Pas op!'
Margje keek op. Ze wist niet wat ze zag. Allemachtig! De lippen van Driek. Kijk! Die waren rood en zijn neus ook. Toen lachten ze allebei. |
Een teken voor pater Fred'Laten we aan het begin van dit uur starten met een moderne dans!', riep pater Fred opgetogen.
Hij had net besloten een nieuwe weg in te slaan en er klonk hoop en passie in zijn stem: 'Met onze voeten en handen, onze billen, borsten en botten. Met onze monden, vingers en ogen. Laten we dansen, kom laten wij dansen!' Het werd stil. Sommigen mensen vertrouwden het niet, anderen moesten huilen. Even later verscheen er een kruis aan de hemel. |
Serie: Bloemmotieven
Datum: 2013, 2014, 2015
52 werken
Datum: 2013, 2014, 2015
52 werken